Door Ruth Wilmans

Dansen is heel goed naar de muziek luisteren, deze goed aanvoelen en er vervolgens op bewegen. Veel jongens waren niet zo muzikaal, maar Joop wel. Zeventig jaar geleden was het: hij was nog maar dertien toen hij voor het eerst ging dansen, samen met een paar kameraden. Dat was bij Tivoli in de Stationsstraat in Rijen. Daar heeft hij ook nog dansles gehad. Het dansen zat al van jongs af aan in hem. Dat had hij vast van zijn moeder, die ook heel graag danste. Ze zag dat haar zoontje danstalent had. Hij mocht van zijn moeder, toen hij 4-5 jaar was de tafel rond dansen. En dat kon hij!

Tango of Engelse wals

“Ik ben overal wel wezen dansen”, vertelt Joop. “In veel Brabantse dorpen tot in België toe. Elke week wel, het is een fantastische hobby! De Engelse wals is mijn favoriet, die vraag ik af en toe aan als verzoeknummer. De tango is erg mooi maar ook de moeilijkste dans. Maar natuurlijk is foxtrot of rumba ook heel leuk om te doen. Vaak kwamen er dames naar mij toe”, vertelt hij. “Die vroegen mij of ik met hen wilde dansen, omdat ik het zo goed kon. En dat deed ik dan ook wel, hoewel het natuurlijk de man is die leidt in het dansen en meestal zijn dame uitnodigt.”

Operatie

Vier jaar geleden belandt hij ineens in het ziekenhuis. “Ik had wat pijn aan mijn enkels en de dokter stuurde mij meteen door. Ik had vernauwde bloedvaten. Ik was drie dagen in het ziekenhuis en werd toen geopereerd, ik wist eigenlijk niet precies waaraan. Toen ik na de operatie wakker werd, bleek dat ze mijn beide benen hadden geamputeerd. Dat was een heel grote schok voor mij en erg moeilijk. Dat het nu juist mij moest overkomen, ik, die zo graag danste. Maar ik heb het er niet bij laten zitten, de dans heeft mij er doorheen geholpen. Want zonder benen kan je ook dansen!”

Gevoel voor dans

En dan toont Joop hoe hij nu danst. Hij zet muziek op van Fats Domino, zijn favoriete muzikant. In zijn eentje, zittend in de rolstoel, laat hij de wielen draaien zoals zijn voeten zouden bewegen. Helemaal in volle concentratie op de muziek, meestal met zijn ogen dicht, beweegt hij zijn rolstoel naar voor en achter, wat langzamer en sneller. Naar links en rechts. Houdt in, draait kleine rondjes en verplaatst zich door de kamer. En als de muziek stopt, komt er een grote grijns van plezier. Dat doet dansen met je, vooral met Joop.