In Dongen spelen twee jonge handballers op hoog niveau. In een tweeluik aandacht voor deze fanatieke jonge sporters. Vorige week was het verhaal van Maud Horvers te lezen. Deze week deel 2, met Levy Schellekens. Handballer Levy Schellekens (17) is geselecteerd voor Jong Oranje onder 18. Daarnaast speelt hij eredivisie bij de Heren 1 van Van Mossel MG/Tachos in Waalwijk. Levy begon met handballen op zevenjarige leeftijd bij Handbalvereniging Dongen.

door Lia van Gool

Jong Oranje

Levy ging eerst op tennis, maar die sport vond hij niet echt leuk. Daarna is Levy gaan handballen. “Ik vind het een leuke sport. Ik kan mijn energie erin kwijt.” Toen Levy tien jaar was, is hij extra gaan trainen bij Handbalschool Brabant. “Ik was veel fanatieker dan andere teamgenoten bij HV Dongen. Toen ben ik naar Tachos gegaan en daar werden wij meteen kampioen in de D zonder een wedstrijd te verliezen”, vertelt Levy. Dat hij bij Tachos terecht kwam, is te danken aan de Poolse oud-handbalinternational Adam Borowczyk, Vader Maurice: “Adam was trainer bij Tachos en zei ‘die moet naar Tachos’. En dat is gebeurd.” Bij Tachos speelt Levy nu in de eredivisie. Met en tegen bijna alleen maar volwassenen. “Ik ben de jongste van het team.” Zo’n twee jaar geleden werd Levy geselecteerd voor Jong Oranje onder 16. Nu traint hij bij Jong Oranje onder 18.

Vijf keer

Elke ochtend, vijf keer per week, trainde Levy voordat zijn lessen begonnen in Breda bij Topsportschool Graaf Engelbrecht. Het handballen was niet te combineren met de lessen op het Cambreur College. Daarom is Levy in het derde jaar van school gewisseld. “Op het Graaf Engelbrecht kreeg ik vrij voor trainingen en vrijstelling voor bepaalde vakken. Zo hoefde ik bijvoorbeeld niet mee te doen aan de gymlessen.” Vader Maurice vult aan dat Levy dan tijd had om zijn huiswerk te maken. Dit jaar is Levy voor zijn Havo geslaagd bij het Graaf Engelbrecht. Nu volgt hij de Hbo-opleiding sportmarketing aan de Johan Cruyff Academy in Tilburg. “Ik ga drie dagen in de week naar school. Ik zit daar samen met andere topsporters. De opleiding wordt om het handbal heen gepland.” Je kunt alleen op die school terecht als je een topsportstatus hebt.

Talent

Het hele leven van Levy staat in het teken van handbal. “Het was wel een vereiste dat hij zijn Havodiploma zou halen”, zegt moeder Brenda. “Stel dat zijn Hbo-opleiding nu niet lukt, dan kan hij dat later altijd weer oppakken, maar met een havo diploma heeft hij in ieder geval een basis.”

Levy traint vier keer in de week bij Tachos. Naast die normale trainingen doet Levy krachttrainingen bij De Vennen en traint hij bij Jong Oranje en één keer per week bij de Handbalacademie, die trainingen zijn op TeamNL-centrum Papendal. “Ik sta bij de handbalacademie op de reservelijst om intern te mogen.” Dat hij acht tot negen keer per week moet trainen, is voor Levy dan ook geen probleem. “Ik wil alles doen en laten voor de sport. Ik doe het omdat ik het zelf leuk vind.” Zelf geeft Levy ook niet zoveel om feesten. “Drinken vind ik niks, ik ga niet stappen, ik geef er niet veel om. De andere jongens waar ik mee omga ook niet, omdat die ook allemaal op topniveau handballen.” Moeder Brenda zegt dat het belangrijk is dat jongeren op jonge leeftijd beginnen met veel trainen. “Je moet veel uren trainen om hoog te kunnen spelen. Talent hebben alleen is niet genoeg.”

Mascotte

Voor het vele reizen staan Brenda en Maurice steeds klaar voor hun zoon. “Het is belangrijk dat je er als ouders achter staat, anders kun je ook niet aan topsport doen’, zegt moeder Brenda. Vader Maurice vult aan: “Als je kinderen sporten leuk vindt, is het mooi om te kijken hoe ver zij kunnen komen.” Hij spreekt in meervoud omdat ook dochter Bo handbalt en op de topsportschool in Breda zit. Brenda weet waar zij over praat. “Handballen is mijn sport, ik speelde eredivisie in Amsterdam. Toen ik pas in Dongen kwam wonen, heb ik bij de handbalvereniging nog trainingen gegeven.” Levy ging als baby mee naar de handbal. “Hij had een geel shirtje aan van Handbalvereniging Dongen en was een soort mascotte bij de A-meiden’”, lacht Brenda.

Leukste

Levy vindt handbal het leukste dat er is en kijkt hoe ver hij kan komen. Misschien speelt hij straks in het ‘grote’ Nederlands team. “Het is gewoon een leuke sport. Ik kan mijn energie erin kwijt. Het spel is snel en je moet tegen een stootje kunnen.” Volgens moeder Brenda is het een voordeel dat haar zoon lang is. “Hij is 1.95 meter. Hij kan wel tegen een stootje. De droom van Levy is om later zijn geld te kunnen verdienen als professioneel handbalspeler. Dat kan vooral in Duitsland, Frankrijk en Denemarken. In Nederland kan dat niet.” Eigenlijk vindt hij het een beetje oneerlijk dat een jonge voetballer al snel geld kan verdienen. “Een voetballer van een jaar of vijftien wordt al betaald. Met alle sporten die op televisie te zien zijn, verdien je geld. Bij het handbal verdienen alleen de hele grote toppers goed. Je moet dit echt heel leuk vinden om er zoveel tijd in te stoppen.”

Reizen

Het minst leuk aan het handballen is het reizen, vindt Levy. “Je reist soms (enkele reis) 2,5 uur om naar een wedstrijd te gaan. Eredivisie wordt gespeeld in het hele land. Je moet anderhalf uur voor een wedstrijd aanwezig zijn. Maar met de spelers in één busje is ook wel weer gezellig.” Een handbalwedstrijd telt twee keer een half uur officiële speeltijd. Het wordt gespeeld met één keeper en zes spelers op het veld, die allemaal zowel aanvallend als verdedigend spelen. “De spelers zijn allround. Alleen in de hoogste top is dat wel eens anders. Zover is Levy nu nog niet”, zegt Maurice. In januari wordt het EK-kwalificatietoernooi onder 18 gespeeld. Levy zit in de voorselectie. “Ik ga mijn best doen. Ik ga goed kijken naar wat de bondscoach wil en hoop mee te mogen.”

Autootje

Ondanks het vele trainen heeft Levy ook nog een baantje in het weekeinde. “Gelukkig houden ze bij de Jumbo rekening met mijn wedstrijden. Dat is wel prettig.” Met het geld dat hij verdient, wil Levy een autootje kopen, zodat hij straks zelf naar de trainingen en wedstrijden kan rijden.