Opnieuw breken we record na record, het warmterecord, iets waar we niet zo bijzonder blij mee moeten zijn. Ach, vroeger was het ook weleens warm in het begin van de lente, dat hoor je dan mensen zeggen en dat klopt ook wel. Eeuwen terug hadden we hier in Nederland ook een ander klimaat, ook dat klopt. Het ernstige wat zich nu afspeelt is de snelheid waarmee ons klimaat verandert. De temperaturen blijven maar stijgen en dat kan leiden tot grote problemen, op allerlei gebieden. Ben je vaak op stap in de natuur, dan zie je waar het toe leidt: alles komt steeds vroeger in bloei, mooi zult u zeggen. Echter is in de natuur alles van elkaar afhankelijk. Als bomen en struiken eerder bloeien, dan zullen ook de insecten er eerder moeten zijn. Gelukkig zie je dat juist die ook een inhaalslag aan het maken zijn; we gaan er wat nader op in.

Pinksterbloem

De pinksterbloemen staan nu al overal te bloeien, gelukkig ook steeds meer buiten de natuurgebieden, met name langs sloten en weideranden. Kijk dat gaat dan goed en inderdaad dat is ook zo, want hoe meer diversiteit er komt, hoe beter dat is voor de natuur. Dat laatste geldt zeker voor ons grote landbouw en veeteelt areaal. Juist daar is nog veel te winnen en gelukkig zie je steeds meer natuurvriendelijke randen. Hier en daar zie je zelfs dat langs de weiden weer hagen aangeplant worden en dat is fantastisch. De hagen geven wat schaduw voor het vee, maar ze zorgen ook voor windluwe stroken en dat vinden veel insecten fijn, met name de vlinders. Zo is de pinksterbloem een plant, die in verband kan worden gebracht met een mooi klein vlindertje het oranjetipje.

Oranjetipje

Het oranjetipje verschijnt rond dezelfde tijd dat de pinksterbloem gaat bloeien, het vlindertje is daar voor de voorplanting van afhankelijk. Het mannetje oranjetip, degene met de oranje tippen aan de vleugels, zoekt het vrouwtje op en paart. Vervolgens zal het vrouwtje een geschikte plant zoeken, om haar eitjes op te leggen en u begrijpt het al, dat is de pinksterbloem. Het vrouwtje legt per plant één eitje, een heel enkele keer 2. Na anderhalve week komen de eitjes uit, zitten er 2 op een plant, dan eet het ene rupsje de ander op. Dus u snapt wel, om de populatie oranjetipjes in stand te houden zijn er veel pinksterbloemen nodig. Overigens duurt de cyclus van het oranjetipje een jaar, wan het rupsje verpot en de pop komt pas het jaar daarop uit. Zo rond maart april komen eerst de mannetjes tevoorschijn en die gaan op zoek naar de vrouwtjes. Hebben beiden hun taak volbracht, dus paren en eitjes leggen, dan sterven ze al vrij snel. Andere waardplanten voor het oranjetipje zijn look zonder look en judaspenning.

Gevaar

Mooi zult u zeggen, als we veel pinksterbloemen zien, dan is deze soort gered, maar aan overleven zijn meer voorwaarden verbonden en dan wordt het lastiger. Want na de eileg en het rupsstadium volgt een kwetsbare periode, het popstadium. De rupsjes klimmen namelijk in de stelen van planten in de randen van sloten en weiden. Daar spinnen ze dan een soort van cocon, het popstadium begint vanaf juni. Daarom is gefaseerd maaien juist zo belangrijk, zo blijft er altijd een gedeelte van de planten staan en kan de oranjetip als pop overwinteren. Het gefaseerd maaien zien we al veel gebeuren in gedeelten beheert door waterschappen, gemeentes en provincie. Hopelijk zullen anderen het goede voorbeeld volgen en redden we zo een bijzonder vlindersoort en daarmee liftend nog tal van andere insecten.

Citroenvlinder

Een vlindersoort die we waarschijnlijk allemaal wel kennen, ze komen overal voor. In veel tuinen overwintert deze grote citroengele vlinder. Ze zoeken een beschutte plek op, vaak is dat achter klimop, of andere groenblijvende planten. Maar ook in hagen en tussen hoge grassen zitten ze tijdens de koude periode. Deze overwintert als vlinder, net als dat de kleine vos en dagpauwoog. Het is daarom dat je deze soorten als eerste rond ziet vliegen, ze komen in beweging als de temperatuur stijgt. Een enkele keer zelfs midden in de winter, tenminste als je nog van winter mag spreken. Bij voldoende zon warmen ze vrij snel op en gaan dan vliegen. Kruipt de zon weg, dan vluchten ze weer achter de bladeren. De eerste citroenvlinders hebben geen lang leven, hun taak bestaat uit het zo snel mogelijk vinden van een vrouwtje. De vrouwelijke citroenvlinders verspreiden een aanlokkelijke geur, ze zitten gewoon ergens in een struik te wachten. Vonden ze elkaar, dan vindt er een baltsvlucht plaats, ze fladderen minutenlang rond elkaar. Vervolgens paren ze en de taak van het mannetje zit erop en deze zal vrij spoedig nadien sterven. Het vrouwtje legt de eitjes en ook die ruimt het veld en sterft.

Vuilboom

Het boompje heeft zijn naam niet mee, want wie wil er nu vuilboom heten. Sporkehout zo wordt het boompje ook wel genoemd, dat klinkt al beter. Met name deze boom is voor de citroenvlinder van belang, daar worden de eitjes op afgezet. Een andere boom is de wegedoorn, ook die is geschikt als waardplant. De eitjes zet het vrouwtje citroenvlinder af aan de onderkant van het jonge blad. Het rupsje val helemaal niet op, het zit langs de middennerf van het blad en eet pas van het blad in de nacht. Vogels zullen op deze manier de rupsen niet zo snel ontdekken. Hoewel je erg slimme vogels hebt natuurlijk, houdt maar eens de meesjes in de gaten. Zeker straks als deze jonkies hebben, dan speuren ze de bladeren af naar rupsen en vergeten dan echt de onderkant van het blad niet. Overigens verplaatsen de rupsen als ze wat ouder zijn zich naar de bovenkant van het blad, dan worden ook de hele blaadjes gegeten. De citroenvlinder heeft nectarrijke planten nodig voor zijn ontwikkeling, de vrouwtjes citroenvlinder in het bijzonder. Dus daarvoor kan de vlinderstruik een mooie aanvulling zijn in uw tuin.

Christ Grootzwagers, Natuurvereniging Ken en Geniet.