De Dongense Schaakclub (DSC) bestaat honderd jaar en dat is best iets bijzonders, vinden Jan Haast en Ad Swinkels, die de jubileumactiviteiten mede organiseren voor de schaakclub. De kinderen van Jan Haast (‘De Haastjes’) zorgden voor een goede reclame voor de schaakclub.
Door Lia van Gool
Internationale meesters
De Dongense Schaakclub bestond op 8 mei 2024 officieel honderd jaar. Ter gelegenheid van dit bijzondere jubileum zijn er drie activiteiten. Afgelopen zaterdag was er een reünie voor leden en oud-leden. Op zondag 26 mei wordt er gespeeld in de Pastorie en op 31 mei is er een ludieke simultaanwedstrijd in De Cammeleur vanaf 20.00 uur. ”Er komen twee internationale meesters,” vertelt Ad Swinkels met enige trots. ”Iedereen is welkom bij deze wedstrijd, ook mensen die niet kunnen schaken. Je kunt zomaar binnenlopen.” Tijdens deze wedstrijd wordt het jubileumboek aangeboden aan burgemeester Marnix Bakermans.
Jubileumboek
Momenteel telt de club veertig leden, inclusief de jeugd. ”De jeugd is een aparte afdeling, die speelt op zondagochtend. Maarten van der Burght, een bekende in de schaakwereld, is een belangrijke voortrekker van de jeugd. Hij heeft ’De Haastjes’ op een hoger plan getrokken door zijn didactische kwaliteiten.” Jan Haast begon bij de schaakclub als jeugdleider. Ad Swinkels is tien jaar voorzitter geweest en deed, zoals hij het zelf zegt, ’van alles en nog wat’ voor de club. Ad en Jan zitten samen in de vierkoppige feestcommissie en droegen bij aan het jubileumboek.
Parochiecentrum
De wekelijkse oefenavonden van de club zijn in het Parochiecentrum. Jaren geleden speelde de club ook in het Karting Centrum, weet Jan Haast nog. Daarna speelde de club in De Cammeleur en ’t Schouw, om vervolgens een plek te vinden in het Parochiecentrum. Als het Parochiecentrum ophoudt te bestaan, gaat de club op zoek naar een andere locatie. ”Misschien De Cammeleur. Het enige probleem is dan dat één van onze leden een hond heeft, die hij altijd meeneemt. Wij weten niet of dat daar ook mag.” De club speelt overigens de externe wedstrijden, een team bestaat uit acht spelers, ook al in De Cammeleur. De Oosterhoutse schaakclub D4 speelt ook de interne avonden bij de Dongense club. ”Tijdens de clubavonden staan er meestal vijftien borden om te spelen.”
Het Wapen van Dongen
In een terugblik op de geschiedenis van de club wordt een artikel uit het ’Weekblad van Dongen’ geciteerd, uit 1924: ”....door enige heren te dezer plaatse het initiatief is genomen tot de oprichting ener schaakvereniging.” Deze vrij onopvallende vermelding onder de ’Gemengde plaatselijke berichten’ heeft ervoor gezorgd dat DSC de oorsprong van haar bestaan nauwgezet heeft kunnen dateren. Volgens de overlevering hebben Neel van Dongen en Jozef Pandelitschka de schaakclub opgericht. Tijdens een partijtje huisschaak zouden zij op de illustere gedachte gekomen zijn om voor hun hobby een vereniging in het leven te roepen. De eerste vergadering was in het café van Ant. Snels (Het Wapen van Dongen aan de Hoge Ham). Die vergadering was op donderdag 8 mei 1924, de geboorte van de Dongense Schaakvereniging DSC. In het Weekblad van 3 en 10 mei 1924 zijn, als stille getuigen, twee berichtjes over de oprichting opgenomen.
Vijf gulden
H. Hölscher speelt een markante rol in de geschiedenis van de vereniging. Hij maakte zijn entree in 1949 bij het vijfentwintigjarig jubileum van de club. Hij nam deel aan de simultaanwedstrijd tegen Euwe en ging later meespelen in de interne competitie. Hölscher werd, tot het eind van de zestiger jaren, jaarlijks kampioen. Wie denkt dat hij daar een grote prijzenkast aan over heeft gehouden, komt bedrogen uit: het kampioenschap leverde het bedrag op van vijf gulden per keer! De allergrootste prestatie levert Hölscher bij het correspondentie schaken: Nederlands kampioen in 1961 en 1966.
Max Euwe
Een sprong in de tijd, naar 1976. In dat jaar was Max Euwe te gast bij DSC. Hij werd ontvangen door toenmalig locoburgemeester Theo Leijten en kreeg een diner aangeboden in het Karting Centrum. In 1979 werd Euwe erelid van DSC.
Noorderpoort en Cambreur
Opnieuw een sprong, nu naar 1988, toen Jan Haast jeugdleider werd van DSC. Zijn vier kinderen (Rob, Koen, Mark, en Anne) waren lid van de jeugdvereniging. Al snel bleek dat zij talent voor schaken hadden. Tijdens schoolkampioenschappen werden ’De Haastjes’ (een ijzersterk team van De Noorderpoort) kampioen. Zij behaalden ook de Brabantse titel en gingen naar het NK. In 2001 misten ze de finale, in 2002, met Glenn Breuer in de gelederen, pakten zij de Nederlandse titel. Zij werden op de Noorderpoort gehuldigd door wethouder Piet Panis. In 2006 pakten ’De Haastjes’ met het Cambreur wederom de Nederlandse titel.
Concurrentie
Jan Haast vertelt over de toernooitjes die hij regelmatig met zijn vier kinderen speelde. ”Anne werd Nederlands kampioen, maar ik denk dat Mark, het verschil is klein, waarschijnlijk de beste van de vier was. Tijdens de toernooitjes was ik in het begin altijd eerste, later altijd laatste. Er was stevige concurrentie tussen de drie jongens en het ene meisje: de jongens wilden altijd winnen.”
Uitdaging
Terug naar het heden. Op de vraag wat er nu eigenlijk leuk is aan schaken, zeggen Jan en Ad: ”Het is een uitdaging om je krachten te meten tegen een andere speler. Je moet logisch denken over de volgende zetten. Het is bovendien goed voor de ontwikkeling van je hersenen. Voor schaken heb je geduld nodig, je moet analytisch kunnen denken en je hebt ruimtelijk inzicht nodig.” Ad vult aan: ”Schaken is uitstekend geschikt als tweede sport, bijvoorbeeld naast voetballen. De combinatie is een optimum.”
Professor
Opmerkelijke feiten en anekdotes uit het verleden zijn er natuurlijk ook. Opmerkelijk zijn ’De Haastjes’, de schaker Hölscher, het bezoek van Max Euwe aan Dongen, en de viering van de verschillende jubilea. Bovendien is het opmerkelijk dat het Weekblad bij alle jubilea een rol heeft gespeeld! Anekdotes zijn er te over. Zo vertelt Ad dat hij, toen hij een jaar of 18 was, met zijn team uit Valkenswaard schaakte tegen een team van de TU Eindhoven. ”Ik zag in de opstelling dat wij moesten schaken tegen iemand die ’Professor, doctor, en ingenieur’ voor zijn naam had staan. Het mooie is dat, ondanks de titels die die man had, onze man won. Wij waren nog relatief jong en waren geïmponeerd door al die titels. Het was mooi om te zien dat onze ’gewone man’ de wedstrijd won.”
Helaas
Ook Jan vertelt een mooie anekdote. ”In 2005 was er een jeugdtoernooi in de buurt van Londen. Er was een indrukwekkend prijzengeld. Voor de winnaar van het ’Young Sharks tournament’ was een bedrag van tweeduizend pond (!) beschikbaar. Om de competitie aantrekkelijker te maken, waren buitenlandse spelers uitgenodigd, onze Mark (toen 13 jaar) en Anne (toen 11 jaar). Helaas hadden de spelers die uitgenodigd waren voor de wedstrijd geen recht op het prijzengeld. Dat was jammer, want Mark schreef het toernooi op zijn naam. Dat geld ging mooi onze neus voorbij.”
Anne Haast
Jan en Ad zijn nog steeds actief in de club. Ook Anne Haast, inmiddels 30 jaar en moeder van Fleur en Luuk, schaakt nog steeds. ”Op 6 juli doet Anne mee aan het NK in de Galgenwaard in Utrecht. Ik denk niet dat zij gaat winnen, want het schaken staat op een laag pitje sinds Anne moeder is.”
Jeugd
Tot slot: nee, schaken is niet alleen een mannensport. Jan is ervan overtuigd dat vrouwen net zo goed kunnen schaken als mannen. En Ad hoopt dat de jeugd de weg gaat vinden naar de schaakochtenden op zondagochtend. Alleen op die manier kan de Dongense Schaakvereniging het volgende jubileum halen.
Voor meer informatie: https://dscdongen.nl.