Tijdens de Veteranendag in 2022 beloofde Cees Zwaal dat hij een keer zijn verhaal zou vertellen. In die tijd voelde hij zich, zoals hij zelf zei ‘nog geen veteraan’. En ook nu ziet hij zichzelf nog niet als veteraan. Eén van de redenen dat Cees zijn verhaal nú vertelt is de veranderende wereld. Cees is inmiddels 63 jaar en ging vorig jaar met functioneel leeftijdsontslag. Nu is hij raadslid, met aandachtspunt Regio Hart van Brabant, voorzitter van de wijkraad en hij is nog een aantal uren werkzaam als adviseur bij zijn vroegere werkgever. Tijdens zijn eerste gesprek met toenmalig burgemeester Marina Starmans nam Cees Zwaal letterlijk een rugzakje mee. Dat rugzakje loopt, letterlijk en figuurlijk, als een rode draad door het verhaal.

door Lia van Gool

Heilig goed

“Ik heb bij de Luchtmacht vijfendertig jaar in operationele dienst gewerkt. Ik werd uitgezonden, deed mee aan oefeningen, met een helikopter op schepen. Ik was veel van huis af”, zo begint Cees Zwaal zijn verhaal. “Toen ik vijftig jaar werd, vond mijn leidinggevende dat ik een stapje terug moest doen. Ik moest niet meer mee op een boot, niet meer tot mijn enkels in de klei staan. Ik kreeg toen het gevoel dat ik de wereld niet meer beter kon maken.” De wereld beter maken. Dat was (en is) de drive van Cees Zwaal, in combinatie met het behouden van waardes. “Ik heb best hoge normen en waarden. De democratie is voor mij een heilig goed. Ik ben in veel landen geweest, heb veel missies meegemaakt, heb kennisgemaakt met andere instituties. De grondwet in Nederland staat in de top drie van de wereld.”

Rugzakje

Cees Zwaal woont al 26 jaar in Dongen, maar met een druk militair leven was het moeilijk om ook een sociaal leven op te bouwen. “Ik werd steeds ouder en ouder. Als militair ben je, als je 55 jaar bent, in principe niet meer uitzendbaar, in verband met het internationaal oorlogsrecht. Ik moest, zoals ik al eerder zei, een stapje terug doen.” Toevallig was dat moment één jaar voor de verkiezingen van 2018. Cees leerde langzamerhand meer over Dongen en leerde in die tijd ook zijn huidige partner kennen. “Ik kwam bij de Volkspartij Dongen terecht. Op die manier kon ik een bijdrage leveren aan de politiek: lokaal de wereld (Dongen) beter maken. Voordat ik het wist, kwam ik op de kieslijst en werd ik raadslid.” Toen Cees, als raadslid, kennis ging maken met de vorige burgemeester, Marina Starmans, moest hij ook over de missies te praten. “Ik had een rugzakje bij mij met allerlei dingen, van babyfoto tot steeksleutel, stickers, een badge.” In dat rugzakje zat Cees zijn leven: je bent geboren en je hebt al een rugzakje, je groeit op en neemt dingen mee in je rugzakje. Die zaken vormen je, maken je tot wat je bent.

Betere wereld

Door zijn functioneel leeftijdsontslag was Cees geen militair meer. Hij werd, als burger, door Defensie ingehuurd in een adviserende rol. Hij wil op deze manier bijdragen aan een betere wereld en een nog beter Nederland en Dongen.

Leerschool

Dan vertelt Cees toch over zijn missies. “De eerste was in Bosnië, net na de val van Srebrenica. Het was een oorlogsmissie. Ik was als mens onervaren. Het is achteraf een gouden tijd geweest waarin ik veel geleerd heb. Dingen waar je nooit bij stilstaat tijdens een missie, worden achteraf in één keer duidelijk.” Het was zwaar, na de val van Srebrenica, zegt Cees. “Je hoort schoten, er liggen overal landmijnen, je kijkt steeds over je schouder.” Uit die tijd komt een verhaal naar voren: “Ik kwam 21 december thuis. De kinderen waren 22 december jarig en zaten bij mij op schoot. Zij vroegen of ik morgen mee boodschappen ging doen en taart ging halen.” Tijdens het doen van die boodschappen zag Cees elke putdeksel aan voor een landmijn. Als hij een tegenligger tegenkwam, ging hij met de auto er om heen, in plaats van rechtdoor te rijden. In de supermarkt stond hij vijftien minuten stokstijf stil tussen de rekken. “Papa, papa, taart, riepen de kinderen. Ik was overdonderd. Ik zag 80 soorten frisdrank, 74 soorten jam, wortels met en zonder struik. Dat was een leerschool.”

Drive

Tijdens zijn missie in Kosovo werd hij geconfronteerd met etnische zuiveringen, zag de effecten van de oorlog, zag wat een bom deed. In Afghanistan kwam hij midden in de oorlog terecht. “Ik was leidinggevende en zag wat de oorlog met mensen deed. De mensen kregen PTTS, zij hadden last van simpele dingen tot het plegen van zelfmoord.” Als hij dit vertelt, blijkt het zichtbaar moeilijk om over deze gebeurtenissen te praten. Dit soort zaken heeft Cees echter gevormd en zijn drive naar een betere wereld alleen maar groter gemaakt. Zijn spreekwoordelijke rugzakje werd weer wat voller. “Misschien ben ik ook een grote pacifist. Maar ik ben mij ervan bewust dat wij niet naar een betere wereld kunnen zonder leger, er zijn altijd mensen die hun macht misbruiken.”

Heftig

Op de vraag of hij zelf nog last heeft van de uitzendingen, denkt hij even na voordat hij antwoordt. “Het werk heeft mij gevormd tot de mens die ik nu ben en heeft mij kansen geboden. PTTS komt niet alleen voor bij militairen, maar ook bij burgers.” En ja, hij is getekend door het militair zijn. “Ik maak mij niet meer druk over wat wij eten.” Zijn partner Margareth bevestigt dat. “Cees zal nooit antwoorden op de vraag wat eten we.” Cees gaat verder. “ “Ik heb mensen gezien met honger, ik heb mensen uit afval zien eten….Door mijn tijd in Afghanistan werd oud en nieuw een ramp. Al die knallen, lichtflitsen…Gelukkig zijn de scherpe randen eraf.” Als Cees tijdens het gesprek buiten een knal hoort, reageert hij meteen. Hij kijkt de kamer rond, kijkt door de ramen aan de voorkant van het huis en aan de zijkant, vraag zich af of de situatie veilig is. Het valt eigenlijk niet eens zo heel erg op, totdat Cees vraagt of Margareth en ik zijn reactie hebben gezien. Het antwoord is ‘ja’…..Heftig, vooral als je de emoties op het gezicht van Cees ziet.

‘Unheimisch’

Cees kan de triggering door geluiden niet plaatsen. Margareth vertelt dat zij ‘nachts soms ergens wakker van wordt, terwijl Cees gewoon doorslaapt. “Maar als Cees een klein geluidje hoort, dat anders is dan normaal, staat naast zijn bed.“ Af en toe voelt Cees zich ‘unheimisch’, alsof er iets gaat gebeuren. “Ik sluit mij af en draai bepaalde nummers op Spotify, iedere periode heeft eigen specifieke nummers. Ik merk dat ik twee, drie nummers luister uit dezelfde tijd. Ik zie dan een filmpje of een diashow in mijn hoofd en denk ‘o ja, toen gebeurde dat en geef het een plekje’.”

PTTS

Dan gaat hij verder. “PTTS is nog niet genoeg erkend, vanaf de eerste symptomen tot aan zelfmoord. Je moet starten bij het begin.” De manier waarop mensen over vluchtelingen praten, maakt Cees soms boos. “De kans is groot dat zij een vorm krijgen van PTTS. Wat die mensen allemaal hebben meegemaakt, wordt te simpel afgedaan. Dat zie je ook terug in mijn reacties in de raad, als het gaat over vluchtelingen. Ik word emotioneel en bijt op mijn lippen.” “Misschien ben ik zweverig als ik zeg dat ik weet dat er iets op mijn pad komt dat ik me met PTSS moet gaan bezig houden.”

Grondwet en democratie

Cees vindt het niet lastig om, als oud-militair raadslid te zijn. “Nee, de raad hoort bij de grondwet en de democratie. In aanvang kom ik uit een militaire organisatie. In die organisatie moet je in ‘a split of a second’ keuzes maken, die om leven en dood gaan. In de politiek denk ik soms ‘alweer dat argument’.”