Soms hoor je een woord op televisie of radio, of je leest iets in de krant, op sociale media of waar dan ook, waarvan je denkt: hè, wat is dat nou weer. Wat betekent dat? Waar komt dat vandaan. Zo viel mij een aantal dingen op de laatste weken.
Zonder verder in te gaan op het programma waar in het volgende hoorde, wil ik het even kwijt. Er werd gesproken over een ‘organisch momentje’ en een ‘organisch gesprek’. Luisterend naar die woorden, begreep ik wat er bedoeld werd: bij het organisch momentje was er een moment geweest waarop twee mensen elkaar ontmoet hadden. Het organisch gesprek was een gesprek tussen twee mensen. Weer wat geleerd. Maar ik bleef het vreemd vinden, het gebruik van het woord organisch op deze manier. Dan maar een rondje internet, misschien leerde ik daar meer. Daar kwam ik de term ‘organisch veranderen’ tegen. Schijnbaar is die term in organisaties regelmatig te horen. Dan heeft die term te maken met de grilligheid en complexiteit die eigen is aan verandering. De term is ook een rijke bron van Babylonische spraakverwarring, zo was te lezen, die de complexiteit van verandering alleen nog maar groter maakt. De schrijver van deze woorden vroeg zich af hoe we die spraakverwarring kunnen vermijden. Om door te gaan met: het woord organisch staat in Van Dale wel als lemma (een lemma is een woord aan het begin van een artikel in een woordenboek of encyclopedie), maar wat daarachter staat, gaat alleen maar over organen en niet over verandering. Dat hielp dus niet (met dank aan het wereldwijde web). En nee, het hielp mij ook niet. Ik zal het dus nooit hebben over organische momentjes of organische gesprekken. Niks voor mij.
En er was nog meer in het programma waarin de organische momenten en organische gesprekken werden genoemd. Er werd in recensies gesproken over ‘pronouns’. Misschien word ik er te oud voor, maar dat woord kende ik dus helemaal niet. En dat terwijl ik alle modewoorden toch probeer bij te houden. Niet gelukt dus. En ook deze keer bood het wereldwijde web uitkomst. Ik kreeg als uitleg: een 'pronoun' is een persoonlijk voornaamwoord dat gebruikt wordt om naar iemand of iets te verwijzen zonder de naam te noemen. Het is vaak het onderwerp van de zin, bijvoorbeeld: ‘zij gaat naar school’. Hierbij is ‘zij’ het persoonlijk voornaamwoord, ook wel bekend als 'pronoun'. Weer wat geleerd! En in hetzelfde programma hoorde ik dat het er ‘gezel’ was, in plaats van ‘gezellig’. Pfff, het moet niet gekker worden deze winter.
Een uitdrukking die ik ook niet kende, las ik een de column van een televisierecensent, die had zich ‘de tandjes geschrokken’. Je kunt je blijkbaar van alles schrikken, dus ook ‘de tandjes’. Ik heb geprobeerd verduidelijking te vinden, maar het is niet echt gelukt. Uit de tekst kon ik trouwens wel opmaken dat de schrijver van de column zich rot geschrokken was (vrije vertaling).
Tot slot nog een paar dingen die me opvielen in mailtjes die ik de afgelopen dagen kreeg. In één mailtje stond dat je ‘telefonisch kon bellen’ om je aan te melden. Hè? Ik heb het er met degene die de mail stuurde over gehad. Zij moest er om lachen, had de mail midden in de nacht gestuurd en was niet zo helder op dat moment. Dat kan natuurlijk ook gebeuren.
En mailtjes die je ontvangt met als aanhef ‘Beste’. Alleen ‘Beste’, zonder naam of iets er achter. Hoezo ‘ beste’? Wat beste, wie beste? M’n tenen krommen samen als ik dat lees. Zet dan gewoon ‘goedemiddag’ of zoiets, dat klinkt al een stuk vriendelijker. Voor mij heeft ‘beste’ de betekenis zoals je het gebruikt in ‘beste vriendin’ of ‘het beste dat mij is overkomen’, iets in die richting. Maar niet alleen ‘beste’ als aanhef in een mail of brief.
Echt het laatste: escaleren. Toen ik nog werkte bij mijn voormalige werkgever, werd daar vaak gebruikt ‘escaleer dat naar mij toe’. Hoezo iets escaleren naar jou toe? Hoe moet dat? Escaleren betekent toch: het stap voor stap ernstiger (laten) worden van een situatie, waardoor zo'n toestand ontstaat dat je niet meer terug kan? Hele discussies heb ik er in die tijd over gehad. Sommige collega’s snapten wat ik bedoelde, andere collega’s niet. Ik heb het uiteindelijk maar zo gelaten. Maar ik heb de uitdrukking ‘escaleren naar’ nooit gebruikt en ik hoop dat ik dat ook nooit zal doen in de toekomst.
Ik heb lekker zitten zeuren, ik ben er nu klaar mee. Soms lucht dat lekker op. En gelukkig zijn de 31 dagen van januari zonder te klagen voorbij. Het is al weer februari! Nog even dit: hoewel ik altijd probeer om de juiste woorden te kiezen met de juiste betekenis, kan het zijn dat ik ook wel eens een foutje maak. Laat het me weten!